Koptekst overslaan
 

De standaard TCP/IP-poort gebruiken

In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het printerstuurprogramma (TCP/IP) kunt installeren en de standaard TCP/IP-poort kunt instellen.

Belangrijk

  • Alleen beheerders kunnen deze installatie uitvoeren. Log in als beheerder.

  • In Windows XP en Windows Server 2003/2003 R2 is de standaard TCP/IP-poort niet beschikbaar in een IPv6-omgeving. In dergelijke gevallen kunt u de poort met IPv4 gebruiken of de SmartDeviceMonitor gebruiken als clientpoort.

1Plaats de cd-rom in het cd-romstation van de computer.

Sluit alle toepassingen die momenteel worden uitgevoerd.

2Selecteer een interfacetaal en klik vervolgens op [OK].

3Klik op [PCL/RPCS Raster printerstuurprogramma's] of [Printer driver].

4Lees de volledige licentieovereenkomst zorgvuldig door. Als u de voorwaarden ervan accepteert, klikt u op [Ik ga akkoord met de overeenkomst.] en klikt u op [Volgende >].

5Selecteer het programma dat u wilt gebruiken en klik op [Volgende >]. (SG 3110DN/SG 3110DNw)

6Selecteer het model van de printer die u wilt gebruiken. (SG 3110DN/SG 3110DNw/SG 7100DN)

Klik op [Sluit aan op een printerpoort of LAN] en klik vervolgens op [Volgende >]. (SG 2100N)

  • Als u automatisch naar printers wilt zoeken, selecteert u [Automatisch naar printers zoeken] en volgt u de instructies van de wizard.

  • Als u naar het IP-adres van een printer wilt zoeken, selecteert u [Zoeken naar printers op IP-adres] en volgt u de instructies van de wizard.

  • Als u niet naar een printer wilt zoeken, selecteert u [Do not search]. In dit voorbeeld is [Do not search] geselecteerd.

7Klik op [+] om de printerinstellingen weer te geven.

8Klik op [Poort:] en vervolgens op [Toevoegen].

9Klik op [Standaard TCP/IP], en klik vervolgens op [OK].

10Klik op [Volgende >].

11Typ de printernaam of het IP-adres in het vak [Printernaam of IP-adres] en klik vervolgens op [Volgende >].

12Klik op [Voltooien].

13Configureer indien nodig de standaardprinter.

14Stel indien nodig de instelling voor het delen van de printer in.

15Klik op [Doorgaan].

De installatie van het printerstuurprogramma wordt gestart.

16Als u de printer voor de eerste keer wilt instellen, klikt u op [Nu instellen] of [OK].

17Definieer de begininstellingen en klik vervolgens op [OK].

18Klik op [Voltooien].

19Klik op [Voltooien].

Als er een dialoogvenster wordt weergegeven waarin wordt gevraagd of u de computer opnieuw wilt opstarten, selecteert u [Ja, nu opnieuw opstarten.] en klikt u op [Voltooien].

Opmerking

  • Hoewel er mogelijk een beveiligingsmelding van Windows wordt weergegeven, kunt u deze negeren en doorgaan met de installatie.

  • Er verschijnt een bericht als er al een nieuwere versie van het printerstuurprogramma is geïnstalleerd. Als dit het geval is, kunt u het printerstuurprogramma niet installeren met Auto Run. Zie Als er een melding verschijnt tijdens de installatie.