Dit gedeelte beschrijft de gebruikersinstellingen in het menu Algemene functies onder Systeeminstellingen.
Standaardinstellingen worden vetgedrukt weergegeven.
Gebruikerstekst programmeren/wijzigen/verwijderen
U kunt tekstconstructies registreren die u vaak gebruikt bij het opgeven van instellingen, zoals ".com" en "Vriendelijke groet".
U kunt maximaal 40 items invoeren.
Programmeren/Wijzigen
Druk op [Systeeminstellingen].
Controleer of [Algemene instellingen] is geselecteerd.
Druk op [Gebruikerstekst programmeren/wijzigen/verwijderen].
Controleer of [Progr./Wijz.] geselecteerd is.
Selecteer de gebruikerstekst die u wilt wijzigen.
Om een nieuwe gebruikerstekst te programmeren drukt u op [*Niet geprogr.].
Voer de gebruikerstekst in en druk vervolgens op [OK].
Voer de gebruikerstekst in met maximaal 80 tekens.
Druk op [Afsluiten].
Druk op de toets [Gebruikerstools/Teller].
Verwijderen
Druk op [Systeeminstellingen].
Controleer of [Algemene instellingen] is geselecteerd.
Druk op [Gebruikerstekst programmeren/wijzigen/verwijderen].
Druk op [Verwijderen].
Selecteer de gebruikerstekst die u wilt verwijderen.
Druk op [Ja].
Druk op [Afsluiten].
Druk op de toets [Gebruikerstools/Teller].
Paneel toetsgeluid
Er klinkt een geluidssignaal wanneer u een toets indrukt.
De standaardinstelling is Aan.
Opwarm pieper (kopieerapparaat/Document Server)
U kunt opgeven dat er een geluidssignaal moet worden gegeven als het apparaat gereed is voor kopiëren nadat de Energiespaarstand wordt uitgeschakeld of het apparaat wordt ingeschakeld.
De standaardinstelling is Aan.
Als de instelling voor paneelsignaal is ingesteld op [Uit], klinkt er geen geluidssignaal, ongeacht de instelling voor Melding Opwarmen.
Weergave aantal kopieën (kopieerapparaat/Document Server)
U kunt de teller instellen om of het aantal gemaakte kopieën weer te geven (optellen) of het aantal kopieën dat nog moet worden gemaakt (aftellen).
De standaardinstelling is Optellen.
Functieprioriteit
Stel de modus in die moet worden weergegeven nadat de bedieningsschakelaar of de modus Systeemreset is ingeschakeld.
De standaardinstelling is Kopieerapparaat.
Afdrukprioriteit
De geselecteerde modus krijgt afdrukprioriteit.
De standaardinstelling is Weergavemodus.
Functie reset timer
U kunt instellen hoe lang het duurt voordat het apparaat van modus wisselt als de functie Multi-Access is ingeschakeld.
Dit is handig als u veel kopieën moet maken en iedere kopie een andere instelling heeft. Als u een langere resetperiode instelt, kunt u voorkomen dat het kopiëren door andere functies onderbroken wordt.
De standaardinstelling is Tijd instellen.
Wanneer u [Tijd instellen] selecteert, voer dan de tijd in (3 - 30 seconden, in stappen van 1 seconde) met behulp van de cijfertoetsen.
De standaardinstelling van Functieresettijd is 3 seconde(n).
De instelling Functieresettijd wordt genegeerd als Onderbreken is ingesteld voor Afdrukprioriteit.
Uitvoer: printer (printer)
Instellen in welke lade de documenten worden afgeleverd.
De standaardinstelling is Vrst.pap.uitgang.
Toetsherhaling
U kunt herhaling van een bewerking in- of uitschakelen als een toets op het scherm of het bedieningspaneel voortdurend wordt ingedrukt.
De standaardinstelling is Normaal.
Systeemstatus/Taaklijst tijdsweergave
Geef op hoe lang u de Systeemstatus en Taaklijst wilt weergeven.
De standaardinstelling is Aan, 15 seconde(n).
Door [Aan] te selecteren kunt u een weergavetijd opgeven tussen 10 en 999 seconden.
Tussenvel afdrukken
U kunt de timing instellen voor het overgaan naar een andere modus wanneer Afdrukprioriteit is ingesteld op [Tussenvel].
De standaardinstelling is 10 vellen.
U kunt het aantal van 1 tot 20 vellen instellen met de cijfertoetsen.
Invoerstartmethode
Geef aan of de invoer automatisch begint of pas nadat op de [Start]-toets is gedrukt.
De standaardinstelling is Auto.
Invoervertraging origineel 2
Geef aan hoe lang de pauze duurt onmiddellijk nadat de originelen in de machine zijn gevoerd. Als de originelen vaak schuin worden ingevoerd, of als u speciale originelen gebruikt, dan past u de vertraging daaraan aan.
De standaardinstelling is 1 seconde(n).
U kunt de tijd instellen tussen 1 en 5 seconden.
Invoervertraging origineel 1
Geef aan hoe lang de vertraging is voordat een origineel in de machine wordt gevoerd, nadat het is ingesteld. Als de originelen vaak schuin worden ingevoerd, of als u speciale originelen gebruikt, dan past u de vertraging daaraan aan.
De standaardinstelling is 1 seconde(n).
De tijd kan worden ingesteld tussen 0 en 5 seconden.
Fijnafstelling: kopieermachine
Afhankelijk van het soort papier, de omgeving en de vochtigheidsgraad, kan het kopieerpapier iets uitzetten of inkrimpen. Dit betekent dat de maat van de kopie en van het origineel niet gelijk zijn. Als dit gebeurt, stelt u de verticale en horizontale correctieverhouding in. U kunt dit voor elk soort papier doen (gewoon papier, calqueerpapier, folie en gerecycled papier).
De standaardinstelling is Verticaal: 0,0% / Horizontaal: 0,0%.
Geeft de verhouding aan tussen -1,0% en 1,0% (met stappen van 0,1%).
Voor de fijnafstellingswaarden meet u de lengte van het origineel en van de kopie om de verhouding te berekenen.
Fijnafstelling: printer
Stel de fijnafstelling in wanneer de optionele printer is geïnstalleerd. Al naar gelang het soort papier, de omgeving en de vochtigheidsgraad kan het kopieerpapier iets uitzetten of inkrimpen. Dit betekent dat de maat van de kopie en van het origineel niet gelijk zijn.
Als de horizontale verhoudingen nagenoeg gelijk zijn, terwijl er verschillen bestaan tussen de verticale verhoudingen, kunt u de verticale correctieverhouding aangeven. U kunt dit doen voor elk soort papier (gewoon papier, calqueerpapier, folie en gerecycled papier).
De standaardinstelling is 0,0%.
Geeft de verhouding aan tussen -1,0% en 1,0% (met stappen van 0,1%).
Meer informatie over het invoeren van fijnafstellingen staat in "Fijnafstelling: kopieermachine".
Fijnafstelling vouwbreedte
Hiermee kunt u de vouwbreedte veranderen.
"Wijzigingswaarde: Afwerking Lengte vouwen" wijzigt de breedte van de lengtevouw (zie A, B en C in de onderstaande figuur).
"Wijzigingswaarde: Afwerking kruisvouw" wijzigt de kruisvouwbreedte (zie a, b, en c in de onderstaande figuur).
Dit menu verschijnt alleen als de afwerking voor in de lengte vouwen of de kruisvouw is geïnstalleerd.
De standaardinstelling is 0,0 mm (metrisch) / 0,00" (inch).
Voer een waarde in tussen -6,0 mm (-0,24") en 6,0 mm (0,24") met stappen van 0,5 mm.
Afstelling marge vouwen
Wijzig de margebreedte ((1) in onderstaand figuur) wanneer op [Lengte vouwen 210mm (Marge vouwen)] of [Lengte vouwen] wordt gedrukt.
Dit menu verschijnt alleen als de afwerking voor in de lengte vouwen of de kruisvouw is geïnstalleerd.
De standaardinstelling is 40 mm (metrisch) / 1,50" (inch).
Gebruik de cijfertoetsen om een waarde in te voeren tussen 35 mm (1.00") en 40 mm (1.50") met stappen van 1 mm.
Vouwprogramma 1
Specificeer het vouwtype voor "Programmavouw 1" voor elke maat papier.
Dit menu verschijnt alleen als de afwerkingsfunctie voor kruisvouw is geïnstalleerd.
Specificeer "Speciale vouw 1, "Speciale vouw 2" in de afwerkingsfunctie voor kruisvouw.
Instelling previewgebied
Specificeer de standaardinstellingen voor previewgebied, oppervlaktemaat en oriëntatie voor het previewen van opgeslagen documenten bij het regelpaneel.
Deze instelling is handig wanneer een preview van het totale beeld niet kan worden weergegeven vanwege de afmeting van het document.