Het apparaat berekent de correctiefactoren om kopieën te produceren die het werkelijke beeldformaat benaderen.
Door omgevingsomstandigheden zoals vocht, kan papier uitzetten of krimpen. Dit kan tot gevolg hebben dat het formaat van het origineel en een kopie niet exact overeenkomen.
Deze functie gebruikt de afmetingen van het origineel en de kopie om een factor te berekenen waarmee kopieën worden geproduceerd die het werkelijke formaat benaderen.
Meet de lengte en breedte van het origineel en de kopie, en bereken de correctiefactor als volgt:
Druk op [Verkl/vergr].
Druk op [Vergroting fijn].
Pas de horizontale factor aan met [
] en [
].
Pas de verticale factor aan met [
] en [
].
Druk twee keer op [OK].
Vergroting fijn wordt gebruikt voor originelen die al zijn gescand. Als u een correctie met fijne vergroting wilt toepassen op papier dat is uitgerekt als gevolg van de papiersoort of door vocht, raadpleegt u de Bedieningshandleiding Standaardinstellingen.
U kunt deze instellingen ook opgeven in "Fijne factor aanpassing: Kopieerapparaat" onder Systeeminstellingen. Als u de factor zowel in Systeeminstellingen als in deze functie hebt opgegeven, zijn de resulterende instellingen de som van de ingestelde waarden.
Als de handinvoer is geselecteerd, kunt u Vergroting fijn instellen nadat het origineel is gescand.