Koptekst overslaan
 

Parameters menu Afdrukinstellingen

In dit gedeelte worden de parameters besproken die u kunt instellen in het menu Afdrukinstellingen.

Apparaatmodus

Kopieën

Geef het aantal af te drukken kopieën op.

Deze instelling wordt uitgeschakeld als het aantal af te drukken pagina’s wordt opgegeven via een opdracht of via het printerstuurprogramma.

  • 1 tot 999

Paginaformaat

Hiermee kunt u het standaardpapierformaat selecteren.

220-240V: A3, A4, A5, A6, B4 JIS, B5 JIS, B6, C5 Env., C6 Env., DL Env., 11 × 17, 81/2 × 14, 81/2 × 13, 81/2 × 11, 81/4 × 13, 8 × 13, 71/4 × 101/2, 51/2 × 81/2, 41/8 × 91/2, 37/8 × 71/2, Aangepast formaat

120V: 12 × 18, 11 × 17, 81/2 × 14, 81/2 × 13, 81/2 × 11, 81/4 × 13, 8 × 13, 71/4 × 101/2, 51/2 × 81/2, 41/8 × 91/2, 37/8 × 71/2, A3, A4, A5, A6, B4 JIS, B5 JIS, B6 JIS, C5 Env., C6 Env., DL Env., Aangepast formaat

Opmerking

  • Standaard:

    • 220-240V: A4

    • 120V: 81/2 × 11

  • Het standaard papierformaat wordt toegepast wanneer het papierformaat niet is opgegeven in de afdrukgegevens.

Afdrukken zonder marge

Hier kunt u opgeven of u het hele papier wilt bedrukken, zonder witranden.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Uit

Dubbelzijdig

Hier kunt u opgeven of op beide zijden van een vel moet worden afgedrukt. Zo ja, geef de bindmethode op.

  • Uit

  • Lange zijde bnd

  • Korte zijde bnd

Opmerking

  • Standaard: Uit

Uitvoerlade

Geef de uitvoerlade op die door ladevoorkeur is geselecteerd, wanneer de uitvoerlade niet is gespecificeerd.

  • Standaard lade

  • Finisher bovenuitvoer

  • Finisher staffeluitvoer

Opmerking

  • Standaard: Standaard lade

  • Finisher-lades verschijnen alleen wanneer een optionele finisher geïnstalleerd is.

Taakscheiding

Geef aan of de functie voor taakscheiding gebruikt moet worden als papier wordt uitgevoerd via een uitvoerlade die geschikt is voor taakscheiding.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Uit

180 graden draaien

Hier kunt u instellen of u een afbeelding wel of niet 180 graden wilt draaien tijdens het afdrukken.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Uit

Afdrukken blanco pagina

Hier kunt u opgeven of u blanco pagina’s wilt afdrukken.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Aan

Rand. bijw.

Hier kunt u de modus voor het afdrukken van briefpapier selecteren.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Aan

Toner besparen

Hier kunt u de modus voor het afdrukken van briefpapier selecteren.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Uit

Instelling briefhoofd

Hier kunt u de modus voor het afdrukken van briefpapier selecteren.

  • Uit

  • Autodetectie

  • Aan (Altijd)

Opmerking

  • Standaard: Uit

Voorkeurinstelling handinvoer

Wanneer verschillende papierformaten of -soorten zijn opgegeven via het stuurprogramma en de printer, kunt u aangeven welke instelling gebruikt moet worden.

  • Stuurprogramma/Opdracht

  • Apparaatinstellingen

Opmerking

  • Standaard: Stuurprogramma/Opdracht

Lade wisselen

U kunt selecteren of de printer automatisch een andere lade moet gebruiken als de instelling voor de huidige lade niet past bij het papierformaat of het papiertype zoals opgegeven door het printerstuurprogramma.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Uit

Instellingen sorteren

Selecteer een sorteerwijze.

  • Sorteren

  • Gestaffeld sorteren

Opmerking

  • Standaard: Sorteren

Instellingen nieten

Selecteer een nietwijze.

  • Uit

  • Schuin linksboven

  • Schuin rechtsboven

  • Links 2

  • Boven 2

  • Rechts 2

  • Linksboven

  • Rechtsboven

Opmerking

  • Standaard: Uit

Instellingen perforeren

Selecteer een perforeerwijze.

  • Uit

  • Links 2

  • Boven 2

  • Rechts 2

  • Links 3

  • Boven 3

  • Rechts 3

  • Links 4

  • Boven 4

  • Rechts 4

Opmerking

  • Standaard: Uit

Uitgebreid autom. lade wisselen

U kunt selecteren of de printer automatisch een andere lade moet gebruiken als de instelling voor de huidige lade niet past bij het papierformaat of het papiertype zoals opgegeven door het printerstuurprogramma.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Uit

PCL menu

U kunt instellingen opgeven voor het gebruik van PCL bij het afdrukken.

Afdrukrichting

Selecteer de invoerrichting van het papier.

  • Staand

  • Liggend

Opmerking

  • Standaard: Staand

Regels per pag.

Stel het aantal regels per pagina in tussen 5 en 128.

Opmerking

  • Standaard:

    • 220-240V: 64

    • 120V: 60

  • Het standaard papierformaat wordt toegepast wanneer het papierformaat niet is opgegeven in de afdrukgegevens.

Lettertype

Selecteer de locatie van het standaardlettertype.

  • Resident

  • RAM

  • HDD

  • SD

  • SD Font Download

Opmerking

  • Standaard: Resident

  • Wanneer u [RAM] selecteert, kunt u alleen lettertypen selecteren die zijn gedownload naar het RAM-geheugen van de printer.

  • Wanneer u [HDD] selecteert, kunt u alleen lettertypen selecteren die zijn gedownload naar de optionele harde schijf.

  • Wanneer u [SD] selecteert, kunt u alleen lettertypen selecteren die zijn gedownload naar de SD-kaart.

Lettertype nr

Geef de ID van het standaardlettertype op dat u wilt gebruiken.

  • 0 t/m 63 (intern)

  • 1 to X (Download; “X” staat voor het nummer van de gedownloade lettertypen).

Opmerking

  • Standaard:0

Tekengrootte

Hier kunt u de puntgrootte opgeven die u wilt gebruiken voor het standaardlettertype. U kunt een waarde opgeven tussen 4 en 999,75 in stappen van 0,25.

Opmerking

  • Standaard: 12,00 punten

  • Deze instelling is alleen van toepassing op lettertypen met een variabele breedte.

Font Pitch

Hier kunt u het aantal tekens per inch opgeven die u wilt gebruiken voor het standaardlettertype. U kunt een waarde opgeven tussen 0,44 en 99,99 in stappen van 0,01.

Opmerking

  • Standaard: 10,00 pitch

  • Deze instelling is alleen van toepassing op lettertypen met een vaste breedte.

Symbolenset

Hier kunt u de tekenset voor het standaardlettertype opgeven. U kunt kiezen uit de volgende sets:

Roman-8, ISO L1, ISO L2, ISO L5, PC-8, PC-8 D/N, PC-850, PC-852, PC8-TK, Win L1, Win L2, Win L5, Desktop, PS Text, VN Intl, VN US, MS Publ, Math-8, PS Math, VN Math, Pifont, Legal, ISO 4, ISO 6, ISO 11, ISO 15, ISO 17, ISO 21, ISO 60, ISO 69, Win 3.0

Opmerking

  • Standaard: PC-8

Courier-lettertype

Selecteer het Courier-lettertype.

  • Normaal

  • Donker

Opmerking

  • Standaard: Normaal

Max. A4 breedte

Selecteer of u de breedte van het afdrukbare gebied voor A4-vellen wilt vergroten, waarbij de marges aan weerszijden worden verkleind.

  • Uit

  • Aan

Opmerking

  • Standaard: Uit

Van CR naar LF

Geef aan of een CR-code moet worden toegevoegd aan elke LF-code om tekstgegevens duidelijk af te drukken.

  • Uit

  • Aan

Opmerking

  • Standaard: Uit

Resolutie

U kunt de afdrukresolutie opgeven in dots per inch.

  • 300 dpi

  • 600dpi

Opmerking

  • Standaard: 600dpi

PS Menu

U kunt instellingen opgeven voor het gebruik van PostScript bij het afdrukken.

Taak time-out

Wanneer het afdrukken regelmatig wordt onderbroken door gegevens van andere poorten kunt u instellen hoe lang de printer moet wachten (in seconden) voordat de huidige taak wordt geannuleerd.

  • Driver/Opdracht gebruiken

  • Apparaatinstell. Gebr.

Opmerking

  • Standaard: Driver/Opdracht gebruiken

  • Als u Instellingen gebruik apparaat selecteert, voert u een waarde in tussen 0 en 999 (standaard: 0)

Wacht time-out

U kunt specificeren hoe lang de printer moet wachten (in seconden) voordat het een ontvangen taak annuleert, wanneer de printer het einde van de taak niet kan detecteren.

  • Driver/Opdracht gebruiken

  • Apparaatinstell. Gebr.

Opmerking

  • Standaard: Driver/Opdracht gebruiken

  • Als u Apparaatinstell. Gebr. selecteert, voert u een waarde in tussen 0 en 999. (Standaard: 300)

Gegevensformaat

Selecteer het gegevensformaat van Binaire gegevens of TBCP.

Deze instelling is van toepassing wanneer u een parallelle, USB- of EtherTalk-verbinding gebruikt.

Wanneer u een parallelle of USB-verbinding gebruikt, wordt de afdruktaak geannuleerd wanneer binaire gegevens worden verzonden via het printerstuurprogramma.

Wanneer u een Ethernet-verbinding gebruikt, wordt de afdruktaak geannuleerd wanneer:

  • Het gegevensformaat van het printerstuurprogramma is TBCP en het gegevensformaat dat is geselecteerd via het bedieningspaneel is Binaire data.

  • Het gegevensformaat van het printerstuurprogramma is binair en het gegevensformaat dat is geselecteerd via het bedieningspaneel is TBCP.

Opmerking

  • Standaard: TBCP

Resolutie

Selecteer de resolutie

  • 300dpi

  • 600dpi

Opmerking

  • Standaard: 600dpi

PDF Menu

U kunt voorwaarden opgeven voor het gebruik van PDF-afdrukken.

PDF-wachtwoord wijzigen

Geef het wachtwoord op voor het PDF-bestand voor het uitvoeren van PDF Direct Print.

Belangrijk

  • Als u geen PDF-wachtwoord instelt, wordt dit menu niet weergegeven.

  • Het wachtwoord kan worden ingesteld met Web Image Monitor, maar moet dan via het netwerk worden verzonden. Voor een betere beveiliging gebruikt u dit menu op het bedieningspaneel en stelt u het wachtwoord rechtstreeks in.

PDF-groepswachtwoord:

Hier kunt u een groepswachtwoord opgeven dat is opgegeven met DeskTopBinder Lite.

Belangrijk

  • Als u geen PDF-groepswachtwoord instelt, wordt dit menu niet weergegeven.

  • Als u een groepswachtwoord gebruikt, moet de optionele beveiligingseenheid geïnstalleerd zijn.

  • Het wachtwoord kan worden ingesteld met Web Image Monitor, maar moet dan via het netwerk worden verzonden. Voor een betere beveiliging gebruikt u dit menu op het bedieningspaneel en stelt u het wachtwoord rechtstreeks in.

  • Standaard: geen wachtwoord ingesteld

Resolutie

Geef de resolutie op voor het PDF-bestand voor het uitvoeren van PDF Direct Print.

  • 300dpi

  • 600dpi

Opmerking

  • Standaard: 600dpi

IPDS-menu

U kunt de voorwaarden opgeven wanneer u PCL voor afdrukken gebruikt. Dit menu wordt alleen weergegeven als de optionele IDPS-eenheid is geïnstalleerd.

Ladeformulier

Specificeer een IPDS-formulier voor elke papierlade.
Selecteer voor elke papierlade het IPDS-formulier dat u wilt toewijzen.

  • Lade1

  • Lade2

  • Lade3

  • Lade4

  • Bulklade

  • Handinvoer

Opmerking

  • Alleen de geïnstalleerde laden worden op het bedieningspaneel weergegeven.

Emulatiemodus

Specificeer de emulatiemodus.

  • Native

  • 4028

Opmerking

  • Standaard: Native

Afdrukmodus

Specificeer de afdrukmodus.

  • Standaard

  • Verbeterd

Opmerking

  • Standaard: Verhoogd

Standaard lettertypenpagina

Specificeer het standaardlettertype.

  • 37

  • 38

  • 260

  • 273

  • 274

  • 276

  • 277

  • 278

  • 280

  • 281

  • 284

  • 285

  • 286

  • 287

  • 288

  • 290

  • 297

  • 420

  • 423

  • 424

  • 500

  • 870

  • 871

  • 875

  • 880

  • 892

  • 893

  • 905

  • 1025

  • 1026

  • 1140

  • 1141

  • 1142

  • 1143

  • 1144

  • 1145

  • 1146

  • 1147

  • 1148

  • 1149

Opmerking

  • Standaard: 37

Standaard FGID

Specificeer de standaard FGID (Font Typeface Global Identifier, Algemeen identificeerapparaat voor lettertypen) die de standaard lettertypen van de printer identificeert.

  • 3

  • 11

  • 12

  • 18

  • 19

  • 46

  • 85

  • 86

  • 92

  • 111

  • 112

  • 159

  • 164

  • 203

  • 221

  • 223

  • 254

  • 256

  • 281

  • 283

  • 290

  • 304

  • 305

  • 306

  • 318

  • 319

  • 400

  • 404

  • 416

  • 420

  • 424

  • 428

  • 432

  • 2304

  • 2305

  • 2306

  • 2307

  • 2308

  • 2309

  • 2310

  • 2311

  • 5687

  • 5707

  • 5815

  • 5835

  • 20224

Opmerking

  • Standaard: 416

Tekens per inch

Specificeer het aantal tekens per inch op voor het standaardlettertype. Geldige waarden zijn 5,0 tot 30,0 in stappen van 0,10 inch.

Opmerking

  • Standaard: 10,0

Controle afdrukbaar gebied

Schakel de controle voor het geldige afdrukbare gebied in of uit.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Aan

Pagina

Specificeer hoe gegevens op de pagina moeten worden geplaatst.

  • Geheel

  • Comp1

  • Comp2

  • Afdrukken

Opmerking

  • Standaard: Geheel

Afdrukken zonder marge

Schakel "Afdrukken zonder marge" in of uit.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Uit

Lettertypevervanging

Hiermee wordt de lettertypevervanging in- of uitgeschakeld.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Uit

Verbergen

Specificeer of u de functie verbergen wilt toepassen bij herhaalde overlap.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Uit

Lettertype vastleggen

Schakel het vastleggen van het lettertype aan of uit.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Aan

  • Dit menu wordt alleen weergegeven wanneer de optionele harde schijf is geïnstalleerd.

Resolutie

Specificeer de resolutie die aan de host wordt opgegeven in het commando "IPDS XOAOPC" voor

lettertypen die roostergecodeerd zijn en voor ondersteuning van IM1-afbeeldingen.

  • Auto

  • 240 dpi

  • 300 dpi

  • 600 dpi

Opmerking

  • Standaard: 300 dpi

Grafische tekenreeks

Specificeer de verwerkingswijze voor de Grafische tekenreeks (Grafische tekenafmeting).

  • Auto

  • Tekenschaal

  • Lettertypeactivering

Opmerking

  • Standaard: Auto

Barcode

Specificeer het protocol van het barcodeniveau in.

  • Auto

  • 4028

  • Native

Opmerking

  • Standaard: Auto

Vlak tekenen

Specificeer de verwerking van het vlak tekenen.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Aan

Kleursimulatie

Hiermee kunt u specificeren hoe de regelingen van de kleurspecificatie worden verwerkt op een printer met één kleur (monochroom).

  • Nauwkeurig

  • Blijvend resultaat

Opmerking

  • Standard: Nauwkeurig

Tekstkleursimulatie

Specificeer hoe de regelingen van de tekstkleurspecificatie worden verwerkt op een laserprinter met één kleur (monochroom).

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Aan

Nietfouten tellen onderdrukken

Hiermee kunt u instellen of u een melding wilt krijgen als er nietfouten optreden.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Aan

  • Dit menu wordt alleen weergegeven als de optionele nieteenheid is geïnstalleerd.

Perforeerfouten onderdrukken

Hiermee kunt u instellen of u een melding wilt wanneer er een perforeerfout optreedt.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Aan

  • Dit menu wordt alleen weergegeven wanneer de optionele perforeereenheid is geïnstalleerd.

Lademarkering

Markeer de mediabron (invoerlade) naar een ID die de host gebruikt voor de mediabron.

  • Lade1, Lade2, Lade3, Lade4, LCT, Handinvoer

  • Automatisch, Specificeer

Opmerking

  • Standaard: Auto

  • Alleen de geïnstalleerde laden worden op het bedieningspaneel weergegeven.

Hoek van de niethoek

Hiermee selecteert u [Verticaal] of [Smal] voor de hoek van het nietje.

  • Verticaal

  • Smal

Opmerking

  • Standaard: Verticaal

  • Dit menu wordt alleen weergegeven als de optionele nieteenheid is geïnstalleerd.

Offset

Specificeer of de uitvoer offset (verschoven) moet zijn.

  • Aan

  • Uit

Opmerking

  • Standaard: Aan

Standaard perforeerpatroon

Specificeer het standaardaantal gaten die geperforeerd moeten worden, als de perforeereenheid een keuze biedt (bijvoorbeeld twee of vier gaten).

  • 2 gaten

  • 3 gaten

  • 4 gaten

Opmerking

  • Standaard:

    • Wanneer een perforeereenheid met 2/3 gaten is geïnstalleerd: 3 gaten

    • Wanneer een perforeereenheid met 2/4 gaten is geïnstalleerd: 4 gaten

    • Wanneer een perforeereenheid met 4 gaten is geïnstalleerd: 4 gaten

  • Dit menu wordt alleen weergegeven wanneer de optionele perforeereenheid is geïnstalleerd.