Neem onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht bij het gebruik van de perforeerfunctie.
Om deze functie te kunnen gebruiken, moeten een optionele finisher en een perforeereenheid in de printer zijn geïnstalleerd.
In de volgende gevallen wordt het perforeren van afdrukken geannuleerd:
Als een papiertype wordt geselecteerd dat niet kan worden geperforeerd.
Als een papierformaat wordt geselecteerd dat niet kan worden geperforeerd.
Als een andere positie wordt opgegeven dan de ingestelde perforeerposities.
Als de richting bij duplexafdrukken en de perforeerpositie niet samengaan.
Als de richting van briefhoofdpapier en de perforeerpositie niet samengaan.
Als de perforatoropvangbak vol is en Automatisch doorgaan is ingesteld (De printer gaat verder met afdrukken zonder te perforeren nadat het bericht is weergegeven).
Bij gebruik met de nietfunctie als de nietpositie en de perforeerpositie niet samengaan.
Bij het afdrukken op briefhoofdpapier wordt mogelijk niet in de opgegeven positie geperforeerd.
Wanneer de finisher is geïnstalleerd en u geen instellingen voor perforeren kunt opgeven, is het mogelijk dat de opties niet correct zijn ingesteld in het printerstuurprogramma. Pas de optie-instellingen aan in het printerstuurprogramma. Zie de Help van het printerstuurprogramma voor meer informatie.
Indien dubbelzijdig afdrukken is geselecteerd, stelt u de perforatiepositie in op de bindrichting.
Bij gelijktijdig gebruik van de nietfunctie moet u de perforeerpositie net zo instellen als de nietpositie.
Bij gebruik van de perforeerfunctie moet u het papierformaat en de richting instellen in het printerstuurprogramma.
In sommige toepassingen worden de afdrukinstellingen mogelijk niet ingeschakeld en kan het afdrukresultaat anders zijn dan verwacht.
Als u Perforeren instelt in het printerstuurprogramma moet u controleren of de sorteeroptie is uitgeschakeld bij de afdrukinstellingen van de toepassing.
Wanneer de sorteeroptie is geselecteerd in de toepassing kan het afdrukresultaat anders zijn dan verwacht.
Als u overtrekpapier gebruikt dan is de verticale/horizontale perforeerpositie tegengesteld aan de verticale/horizontale positie die is opgegeven in het printerstuurprogramma.